Totelossers in den Vreemde 8: Lucas Peeters

Ieder seizoen zitten ze er weer bij, Totelossers die ons een half jaar moeten verlaten om een semester in het buitenland hun educatieve geluk te beproeven. In “Totelossers in den vreemde” vragen wij aan deze uitgevlogen studenten hoe ze hun tijd over de grenzen ervaren. Deze achtste editie ontdekken we hoe Lucas het heeft gehad in Boedapest.

Het eerste semester van collegejaar 2021/2022 heb ik gestudeerd aan de Eötvös Loránd University in Boedapest. Om een beeld te geven van de stad en hoe het is om te studeren in het buitenland beschrijf ik mijn ervaring aan de hand van onderstaande foto (spot de twee andere Totelossers!). Halverwege januari kwamen Rens, Gijs, Wouter en Thomas voor een lang weekend op bezoek om de coronamaatregelen (dat virus van D-night) die destijds in Nederland golden te ontsnappen. In dit stukje zal ik beschrijven wat ik destijds, na viereneenhalve maand in de stad, de hoogtepunten vond die ik mijn vrienden wilde laten zien

De vrijdagavond werd meteen goed gebruikt om eerst naar Szimpla Kert, de beroemdste ruin bar van Boedapest te gaan, om vervolgens de grootste club van de stad in te duiken, Instant-Fogas. Deze club is eigenlijk 7 losse clubs in één gebouw, met in elke ruimte een andere stijl met bijbehorende muziek. Een goede avond op stap is natuurlijk niet compleet zonder een pita gyros van Melissa grill, al was Thomas niet onder de indruk omdat er volgens hem te weinig vlees op zat (“dit is geen pita gyros, dit is een pita pita.”). Wouter kan er niet over meepraten, want zijn bestelling werd geweigerd omdat zelfs de lokale gyroschef hem niet vertrouwde. “I don’t trust you man!’.

Zaterdag hebben we door het centrum aan de Pest-zijde gewandeld en onder andere de Sint-Stefanusbasiliek bezocht, de Gellértberg opgelopen en genipt aan de lokale sterke drank, Palinka. Vervolgens hadden we ’s avonds twee huisfeestjes om weer af te sluiten bij Instant-Fogas en Melissa grill.

Op zondag hebben we de Boeda-zijde van de stad ontdekt, met onder andere het vissersbastion en de Burcht van Boeda. Die avond moesten we even bijkomen en zijn we na een avondje poolen vroeg naar bed gegaan.

Op maandag zijn we naar Rhudas gegaan, een thermaalbad met een buitenbad waarin je uitzicht over de stad hebt. Daarna hebben we op het dakterras van een 360° skybar een wijntje gedronken in een verwarmde iglo, met uitzicht over de stad. Achteraf bleek deze iglo wel een coronabubbel te zijn geweest.  ’s Avonds was het tijd voor Morri Monday, de studentenavond voor alle Erasmus studenten in de club Morrison’s 2. Om even aan te geven hoe goedkoop het in Hongarije is: voor omgerekend €11 hadden we entree en konden we onbeperkt bier, wijn, mix en shots drinken. De keerzijde van deze medaille was wel dat je de hele avond dezelfde beker moest gebruiken, dus als je na een Gin-Tonic een biertje bestelde kreeg je deze uit dezelfde beker, of die van een van je vrienden, waardoor je een cocktail van bier, ijsklontjes en sinaasappel had.

Dinsdag vlogen Gijs, Rens, Wouter en Thomas helaas weer terug en was het voor mij tijd om mijn laatste opdracht voor de universiteit af te ronden. Het klinkt misschien niet zo, maar er moest ook gestudeerd worden. Qua niveau was het in Hongarije wel lager dan in Nederland, maar in volume was het redelijk vergelijkbaar dus ik was doordeweeks alsnog vrij druk met studeren.

Ten slotte kan ik iedereen Boedapest aanraden voor een Erasmus-exchange. Het is een enorme stad met een internationaal karakter die cultuur en historie ademt, en er kan goed en goedkoop gefeest worden. Verder kun je in de weekenden en vakanties makkelijk tripjes maken naar nabijgelegen landen zoals Kroatië, Slovenië, Oostenrijk en Polen. Om ook nog een beetje in conditie te blijven, kan ik je het ELTE Soft tissue Championship aanbevelen. Dit is een soort interne competitie, waarbij je op donderdagavond op een klein kunstgrasveld 5 tegen 5 speelt.

v.l.n.r.: Pulisic, Gijs, ik, Thomas en Chiesa voor het Parlementsgebouw.
0 Shares:
You May Also Like